Het ei én de soepkip

Een discussie over principes

Ook vegetariërs gebruiken graag eieren in hun keuken om de maaltijd of baksels te bereiden. Als Voedselkollektief nemen wij daartoe veel eieren af, bijvoorbeeld bij biologische boerderij ’t Paradijs te Barneveld. Daar lopen op grote oppervlaktes maar liefst 9000 kippen.

Als je zelf eieren gebruikt, kun je als weldenkend mens ook niet om de vraag heen wat er met al die kippen moet gebeuren als zij na enkele jaren trouwe (leg)dienst, niet meer kunnen produceren. Naar het kippen-rusthuis? Dat kun je voor enkele kippen die je zelf houdt in je achtertuin wellicht nog beslissen, maar zo’n keuze is niet reëel voor de grotere schaal. Zulke kippen laat de boer dan biologisch slachten, en dat heet dan ‘soepkip’. Vanwege hun hogere leeftijd moet zo’n kip gewoon veel langer op het vuur staan.
Op die manier gebruiken we zo goed mogelijk alles, behoorlijk duurzaam dus. Ook binnen het Voedselkollektief zijn er diverse leden die graag zo’n soepkip bestellen.

Ons duurzame probleem met de ‘soepkip’

Sinds 2016 is de landelijke wetgeving voor het slachten van (biologische) kippen aanzienlijk verscherpt, en kunnen er bij overtreding forse boetes worden uitgedeeld. Dit heeft een kaalslag onder kleinere slachterijen veroorzaakt. De wetgever noemt het ongetwijfeld een ‘verdere professionalisering’. Voor Midden-Nederland is thans de dichtstbijzijnde biologische kippenslachterij in Friesland!!
En die afstand schuurt natuurlijk met het duurzame uitgangspunt van het Voedselkollektief om binnen een straal van 25 kilometer af te nemen. Om die reden is deze soepkip van ’t Paradijs eerder uit het pakket geschrapt.

Maar is dat wel helemaal fair?

Discussie

Die grens van 25 kilometer hebben wij destijds ingevoerd om onnodig heen- en weer rijden met voedsel of dieren te vermijden, ter wille van een betere duurzaamheid. In het geval van de soepkip kun je stellen dat die kippen binnen die straal van 25 km lang geleefd hebben op een biologisch verantwoorde wijze. Alleen dat slachten kan thans niet anders dan in Friesland. Dat transport naar Friesland is dus helaas onvermijdelijk, en van ‘onnodig transport’ is dus geen sprake.
Sommige Vokoleden waarderen nog altijd deze soepkippen en halen het nu maar elders of soms bij de boerderij zelf – over duurzaam gesproken.

Tegelijk met onze discussie zoeken de betrokken boeren ook naar oplossingen. Zo wil boer IJsbrand van ’t Paradijs met andere bioboeren om tafel om te kijken of zij samen niet tot een beter alternatief voor regionale slacht kunnen komen.

Mijn stelling

Vasthouden aan de 25 km-grens gaat voorbij aan het achterliggende argument dat wij t.b.v. de duurzaamheid ‘onnodig transport’ willen voorkomen. De soepkip hoort binnen het aanbod van het Voedselkollektief. Je hebt immers jaren de eieren van die kippen afgenomen. Het transport t.b.v. de slacht kun je thans ook niet ‘onnodig’ noemen. Bovendien is een zoektocht gaande naar een regionale oplossing.

Reageren?

Graag uw reactie naar info@voedselkollektief.nl

 

Hans Hubregtse